Logboek

18-7-2020

Hobbelig dagje,

Zaterdagmorgen hoefden we niet zo vroeg weg, 10.30 uur, mooie tijd.

Richard, Harry, Raymond en Jeroen waren de duikers, we zouden twee duiken maken. De eerste op een oud Royal Navy wrak op een diepte van zo’n 14 meter. De tweede zouden we meer naar de Haaksgronden maken, het water zag er beter uit dan een week eerder, wat was het slecht de week ervoor. Voor Harry was het de tweede keer hier op dit wrak, maar de eerste keer heeft hij alleen het anker gezien. Nu was het beter zodat hij echt aan zijn eerste wrakduik kon beginnen. Raymond was al eerder met een ander schip mee geweest, maar dit was de eerste keer op een kleinere boot. Het was tijd om te duiken, dus mannen te pak. Jeroen was als eerste vertrokken en die bleef weg,

dus het zicht was te doen en het anker lag goed. Harry ging er vlot achteraan met Raymond op de hielen.

Richard ging als laatste. Er stond een vervelend golfje, dat werd weer de hele dag schommelen. Na een klein uurtje kwam de eerste weer terug en had een goeie duik gehad, de rest volgde rustig er achteraan. Richard kwam als laatste met de hefballon omhoog. Toen alles binnen was zetten we koers naar het Westgat om daar een wrak te pakken. Onderweg hoorde we dat er een zeiljacht vast zat aan de westkant van de Razende Bol. De man riep op kanaal 62 van de verkeerscentrale op, hij klonk redelijk in paniek en melde dat hij ging omrollen. Ik riep de centrale op of hij een positie had van het schip, omdat wij toch die kant op gingen. De centrale had dat niet dus die riep de man weer op of hij zijn positie door kon geven. Terwijl de man zijn positie doorgaf schreef ik mee. Ik melde dat wij er heen gingen. Maar de positie klopte niet helemaal, hij had ook geen AIS dus zag hem ook niet op het scherm. Maar terwijl wij wat zuidelijker voeren riep Jeroen en Richard dat het die tweemaster moest zijn, op dat moment riep de Bruzer dat hij bij het schip was, maar die was alleen. Ondertussen mengde de Kustwacht zich ook in het verkeer op kanaal 67. Ik riep de Bruzer dat wij met 5 waren en of wij zijn kant op moesten komen, dat was goed. Dus wij ook het ondiepe gedeelte in, het schip lag lekker te stampen op de grond maar beetje bij beetje werd het door de golven erover heen gegooid. Toen we vlakbij waren riep ik op 67 zet er eens wat gas bij want je bent er bijna overheen. En met twee hupjes stuiterde hij over de gronden en had weer water onder het schip. De Bruzer hielp hem naar dieper water en kon het zeiljacht via het Molengat naar Den Helder. Maar onbegrijpelijk dat je daar met je boot terecht komt. De centrale bedankte ons en wij gingen naar het tweede wrak. Om 17.45 uur konden de mannen weer te water, nadat iedereen er weer in lag

ging ik het eten klaar maken, saté met nasi.

Raymond was als eerste terug, ik zeg dat is snel, waarop hij zegt de stroming giert erover heen. Ik zeg dat is onmogelijk, we zitten dik op de kentering, maar hij zegt dat ligt aan mij, ik moet nog even wat conditie opbouwen voor de Noordzee.

De anderen maakt hier ook een goeie duik. Twee Royal Navy wrakken op één dag, wie heeft die luxe. Toen alles weer opgeruimd was nam Jeroen het roer en voer door het Westgat naar Den Helder terwijl ik het eten opschepte. Was weer een hobbelige maar prachtige dag geweest. Net voor Den Helder kreeg Harry zijn certificaat voor zijn eerste wrakduik.

Coen van de Mac.O