Logboek

Na contact met Richard Kooistra, mijn instructeur wrakduikspecialisatie, op 29 mei bleek dat de Red Rover en de Mac.O om 10:00 zouden uitvaren voor twee duiken. Het beloofde een zonnige dag te worden met een lichte ONO wind. Alles kon dus in de auto, alles dubbel gecheckt of ik alles bij mij had. Na het eten zoon op bed en broodjes smeren. Alles was gereed voor de dag erop. Het is bij mij vandaan een uur rijden en je weet nooit wat je aantreft op de afsluitdijk, dus mooi om 08:15 weg. Op de parkeerplaats van jachthaven Pluto tref ik Richard, die was ook lekker vroeg vertrokken. Met een karretje die daar aanwezig is alle spullen in de Red Rover geladen en wachten op Hugo. Coen is ondertussen aanwezig en bereid zijn duikschip voor op de dag, Hugo volgt snel en laad ook zijn spullen. Coen geeft aan dat wij wel mogen vertrekken, er is verder nog niemand die met de Mac.O meegaat. Wij halen inderdaad de sluis en zijn onderweg naar ons eerste wrak. Na anderhalf uur varen met een kop koffie van Hugo,komen we aan op het eerste wrak, de SS Dahomey. Een stoomschip dat is “vergaan” in 1880. Na wat draaien boven het wrak roept Hugo “JA!” en Richard laat het anker los. Coen scant de ligging van het anker, we zitten er helemaal naast. Anker omhoog en Coen geeft de juiste positie aan en Hugo stuurt de Red Rover over de aangegeven plaats en geeft aan dat het anker naar beneden kan. Coen scant nog een keer en dit keer zitten we goed.

Omkleden en naar beneden. Bij de Mac.O maken ze zich ook klaar om naar beneden te gaan er gaat er zelfs een in een shorty.

Via het dunne touwtje naar de ankerlijn op weg naar het wrak, bij het anker aangekomen de wrakkenrail vast. Het anker licht mooi op het wrak! Het zicht is matig, lijkt net sneeuw. Ik zie veel staal met veel leven er op, onder en omheen. Wat mij na een kwartier opvalt is dat er veel al dan niet verwrongen staal licht maar ik kan dit voor mijzelf niet identificeren als een wrak, op de machineruimte na. Ik richt mij op het vele leven en blijf ondertussen toch in de kieren turen, tja je weet maar nooit wat je vind wat van belang kan zijn. Ik kom eieren van de pijlinktvis, zeeanemonen, zeeanjelieren, en al het andere bekende tegen. Na vijfendertig minuten geeft Richard aan dat het tijd is om naar boven te gaan, we zouden immers maximaal vijfenveertig minuten duiken. Eenmaal op de Red Rover besef ik dat ik meer leven heb gezien dan in een gemiddelde duik in Zeeland, ondanks dat het voor mij niet als een echt wrak voelde heb ik toch echt genoten! Het pak uit, de Red Rover en de Mac.O zetten koers naar het volgende wrak. Een onbekend houten wrak, Richard vertelt dat er wel een vermoeden is maar nog geen zekerheid. Ondertussen heeft Hugo voor Richard, zichzelf en mij elk twee gehaktballen opgewarmd, die gaan er natuurlijk met smaak in. Richard verteld ondertussen verder dat het een schip is geweest van de Royal Navy, het zou kunnen gaan om de Apollo? Als je iets ziet liggen wat op een bel lijkt of iets anders met een naam of iets dergelijks dan neem je het mee naar boven geven Hugo en Richard aan. Ik begin te lachen, “ja, ik zeker”. Half twee komen we aan bij het wrak, weer hetzelfde. Effe scannen en daar gaat het anker weer, Coen scant nog een keer, het anker ligt er iets naast, “De ankerlijn uitzwemmen en je zit op het wrak”! Alles zit vast aan de Red Rover dus flessen op de rug en naar beneden, nog voor ik onder ga vraag ik hoelang we mogen duiken.

 

Het antwoord:  Ga maar lekker duiken. Ik ga naar beneden, word nog voor de ankerlijn al ingehaald door Richard. Die heeft echt haast om beneden te komen, moet ook wel als je met zoveel passie over dit wrak verteld! Wrakkenrail weer vast en wat me als eerst opvalt is het betere zicht, zoals aangegeven recht vooruit. Ik tref snel hout, spanten echt dikke of zoals Richard ze noemt “karbonades”. Dit lijkt meer op een wrak, lekker rond kijken dus! Ik zie spanten, koperen pennen, koperen bekleding, een kanon, iets wat op een rad lijkt en nog veel meer. Ik kijk mijn ogen uit, dit is mooi! De tijd vliegt voorbij! Na vijvenvijftig minuten komt Richard naar mij toe, hij gaat naar boven, ik geef aan dat ik nog effe door ga. Dan moet ik wel het anker schieten, vind ik niet erg maar Richard denkt daar anders over. Ik moet naar boven! Tja, en dan luister je. Eenmaal boven besef ik dat dit is waarvoor ik ben meegegaan! Pakken uit en omkleden, het zit er op. Alles netjes opbergen/weg leggen. We zetten koers naar Den Helder. Onderweg krijg ik van Hugo een biertje aangeboden, we toosten op een geslaagde dag. We praten nog na over hoe het was en wat we hebben gezien en langzaam aan nemen de golven toe.

Ik krijg nog een verfrissende groen rakker aangeboden, ik zeg daar geen nee tegen. Opeens zie ik de Mac.O omkeren, vraag of hij verdwaald is? Nee, scannen van mogelijk nieuwe locaties. Na twee uurtjes varen zijn we weer terug in de haven, spullen uitladen en in de auto. We praten nog wat na over hoe het was en dan komt de verrassing, een wrakduikcertificaat! Heb ik gekregen omdat dit mijn eerste wrakduik is, hier staat op vermeld: wraknaam, wraknummer, coördinaten, naam duikschip, datum en ondertekend door Hugo en Richard. Op weg naar huis zit ik nog in de auto nog lekker na te genieten van deze mooie ervaring.

Hugo, Coen en Richard, bedankt voor deze mooie ervaring. Ik hoop jullie gauw weer te zien!

Bart Vogel